madrid de los austrias

Madrid de los Austrias

Madrid was in de 16e eeuw de hoofdstad van het Spaanse rijk geworden, maar de Habsburgse koningen maakten weinig aanstalten om de stad een koninklijke grandeur te geven. Qua architectuur reflecteerde de stad nog steeds niet aan de nieuwe internationale status en bleef haar Middeleeuwse karakter behouden: de smalle straatjes, donkere paleizen en kloosters verstopt achter muren zijn de overblijfselen, die anno nu nog steeds aan het Madrid de los Austrias herinneren.

In het hart van Madrid, tussen de Cuesta de la Vega en Plaza Mayor vind je de sporen van de het Madrid van de Habsburgse koningen: Madrid de los Austrias. Verwacht geen grandeur, maar een eenvoudige en sobere bouwstijl. In het uiterste westen van de stad, op de plaats van het huidige paleis, stond in de 16e eeuw het koninklijke plaleis, het Alcázar, van waaruit de Spaanse Koningen hun imperium bestierden en dat in 1737 door een brand werd verwoest.

Het enige project van stedenbouwkundig ingrijpen in Madrid de los Austrias was het aanleggen van PLaza Mayor. Hiermee werd een grote lege ruimte in het oosten van de stad, Plaza del Arrabal, waar de markt werd gehouden, heringedeeld. Het Plaza Mayor uit Madrid de los Austrias was tamelijk eenvoudig van opzet.

Om een idee te krijgen hoe de stad er in Habsburgse tijden uitgezien moet hebben, kun je zien in Palacio de Santa Cruz, een gevangenis gebouwd door Felipe IV in 1629: de rode bakstenen, eenvoudige balkons en torentjes op de hoeken, waren architectonische elementen uit deze periode. laat goed zien hoe het oude Madrid de los Austrias eruit zag. Tegenwoordig is hier het ministerie van Buitenlandse zaken gevestigd. Ook op Plaza de la Villa, waan je nog in het Habsburgse Madrid.

Ook een aantal kerken uit het Madrid de los Austrias is bewaard gebleven. Iglesia San Andres staat midden in het Middeleeuwse deel van Madrid en was de eerste katholieke kerk, die in het oude Moorse deel werd gebouwd. De Capilla del Obispo en de Capilla de San Isidro, waar het lichaam van de beschermheilige van Madrid, San Isidro, werd bewaard, zijn later aangebouwd.

Het Monasterio de Las Descalzas Reales werd in 1559 gesticht door Juana de Austria, de zus van Felipe II. Het klooster heeft altijd nauwe banden gehad met de Habsburgse families en de adel; veel nonnen kwamen uit vooraanstaande Madrileense families en zelfs Prinses Margarita verbleef er enkele jaren. Door deze banden met het koninklijk huis kwam het klooster in het bezit van de enorme rijkdommen en de prachtige collectie kunstwerken, waaronder schilderijen van El Greco, Titiaan, Zurbaran, maar ook tapijten en religieuze voorwerpen. Tegenwoordig kun je al dit moois gewoon bekijken, want het klooster is nu een museum.

El Real Monasterio de la Encarnación aan het Plaza de Encarnación werd gebouwd tussen 1611 en 1616 en is een schoolvoorbeeld van de Madrileense Barok. Het klooster werd gesticht door Koningin Margarita de Austria, echtgenote van Felipe III, een religieuze koningin, die graag een klooster in de buurt van het Alcázar wilde hebben. In Habsburgse dagen was het klooster door middel van een houten loopbrug verbonden met het paleis, zodat de koningin het klooster gemakklelijk kon bezoeken. Tegenwoordig kan iedereen het klooster bezoeken de kloosterschatten, waaronder schilderijen, veelal portretten van de koninklijke familie en religieuze kunstwerken bekijken.

In Madrid de los Austrias is de basis gelegd voor het huidige Madrid. Naar de soberheid uit die tijd moet he tegenwoordig goed zoeken, maar slenterend door de smalle straatjes van het oudste gedeelte van Madrid, waan je je toch weer even in de Middeleeuwen.

Loop bijvoorbeeld van Plaza Mayor via de Arco de los Cuchilleros, calle Cuchilleros (messenslijpers) in ervaar Madrid op haar Middeleeuws best. Een niet te missen attractie is Mercado San Miguel, de buurtmarkt in een prachtige gietijzer-glasconstructie, waar sinds 1916 de buurtbewoners hun dagelijkse boodschappen deden. Een paar jaar geleden werd de markt in een nieuw jasje gestoken en omgetoverd tot een gourmet tempel van ruim 30 stijlvolle kraampjes met fruit, delicatessen, lekkernijen en wijnen. Je kunt er behalve je inkopen doen, maar ook ter plekke aan een van de barretjes gaan zitten en een tapa eten of een glas wijn drinken. De markt is tot laat geopend en is een drukke verzamelplaats in de wijk geworden.

In c/Cuchilleros bevindt zich op nummer 17 het oudste restaurant van Madrid: Botín uit 1725. Botín is vooral beroemd omdat de schrijver Hemingway hier vaak kwam. Op nummer 9 vind je Taberna de Daniela: voor een typische Madrileense Cocido (stoofpot van vlees en kikkererwten in bouillon, waarvan je de bouillon als voorgerecht en de inhoud als hoofdgerecht eet) ben je hier aan het juiste adres.

Eén van de leukste plekjes van Madrid is Plaza de la Paja en Costanilla de San Andres. Je vindt hier veel leuke restaurantjes en barretjes en in de zomer is het goed toeven op de terrasjes. Favoriet bij de Madrileense bevolking is Delic. Hier kun je de hele dag terecht voor een lekker ontbijt, een goed stuk taart en een mojito in de avond.